Ik sta voor de zoveelste keer op het punt het manuscript van mijn boek ‘Zakelijk Zelfvertrouwen’ in de hoek te gooien: niet goed genoeg, zit niemand op te wachten, wat als ik kritiek krijg? Zelftwijfel heeft volledig de overhand gekregen.
De lat ligt dan ook hoog bij het schrijven: het moet wel bestseller waardig zijn. Het moet een bijzondere invalshoek hebben, ik moet mijn ‘tone of voice’ eerst bepalen, het moet inhoudelijk super goed zijn, noem maar op.
Wat als ik kritiek krijg van andere experts? Dat ik er geen jota van heb begrepen. Net als bij een potje ganzenborden als je door een andere pion van het bord wordt gegooid: ga terug naar start. In gedachte bel ik al mijn uitgever op om te zeggen dat dit em niet gaat worden… Punt.
In dit artikel duik ik dieper in op het fenomeen ‘zelftwijfel’. Wat is het? Waarom doe je dit? En wat zijn 3 concrete tips waardoor je gaat stoppen met twijfelen aan jezelf? Laten we beginnen bij het begin.
Wat is zelftwijfel?
Wellicht herken jij het ook: aan de ene kant wil je dolgraag iets bereiken, aan de andere kant twijfel je aan jezelf of het wel goed genoeg is. Ben je bang voor kritiek. Ben je bang dat anderen daarmee jou niet goed genoeg vinden. Zijn anderen veel beter. Anderen zijn wel succesvol, terwijl jij voor je gevoel aan het aanmodderen bent in dikke stront en je voor je gevoel niet verder komt.
Zelftwijfel gaat over onzekerheid over 1.je capaciteiten, 2.je potentieel voor succes of 3. hoe goed je bent in situaties waarin je moet presteren. (BRON)
Hoe kom je van deze zelftwijfel af? Waarom zijn we zo bezig met de mening van anderen? Wat zegt de wetenschap hierover? Wat je hier over moet weten zijn 3-tal zaken die van invloed zijn.
Sociaal wezen
Allereerst moet je weten dat de mens een sociaal wezen is. Dat is het resultaat van honderdduizenden jaren evolutie toen de jagers en verzamelaars in grotere groepen begonnen te leven, om zo taken te verdelen en samen te werken. ‘We zijn de meest sociale diersoort die er is’, zegt Emeritus-hoogleraar biologie Mark Nelissen (BRON).
Bepalen van je zelfbeeld
Aangezien we niet concreet kunnen bepalen hoe goed we het doen op de apenrots hebben we de ander nodig om te oordelen hoe goed we het doen.
Volgens ‘The looking glass self’ van Charles Cooley wordt ons zelfbeeld beïnvloed door wat anderen (zullen) denken over ons. Volgens deze theorie ontwikkelen mensen hun zelfbeeld door te observeren hoe ze door anderen worden gezien: positief of negatief, word je als competent of als niet competent gezien? Word je goed genoeg of niet goed genoeg bevonden?
Voorbeeld
Een concreet voorbeeld. Je ontmoet voor het eerst een groep nieuwe collega’s. Je gelooft dat je professioneel en competent overkomt. Tijdens het contact met je nieuwe collega’s besteed je aandacht aan de lichaamstaal van je collega’s, woordkeuzes en reacties op het gesprek. Als jouw nieuwe collega’s positieve feedback geven, doordat ze bijvoorbeeld oogcontact houden of een stevige handdruk geven, blijft het geloof in je eigen professionaliteit in stand: het klopt wat jij denkt. Als jouw nieuwe collega’s daarentegen negatieve feedback geven, doordat ze wegkijken of het gesprek snel verlaten, kun je je afvragen hoe professioneel je werkelijk bent.
Door sociale interactie als een soort ‘spiegel’ te gebruiken, gebruiken mensen de oordelen die ze van anderen krijgen om hun eigen waarde, waarden en gedrag te meten: zou ik er bij horen of misschien toch niet?
Dit gebeurt niet alleen door de directe feedback die je van de ander krijgt, maar ook over wat je dénkt dat de ander over je denkt. En daar gaat het vaak namelijk mis. Als je denkt dat de ander je niet mag, zul je eerder die bevestiging zien.
En dat heeft weer te maken met de werking van je brein.
Werking brein
De oudst evolutionaire delen van ons brein zijn gericht op het overleven en het vermijden van (potentieel) gevaar. Vroeger was leven in groepen essentieel om niet dood te gaan (en om je voort te planten). Buiten de groep vallen of gezet worden betekende in die tijd vaak je dood.
Gelukkig is er geen sprake meer van een ‘doodstraf’ als je buiten de groep valt, maar de angst heerst er daar en tegen nog steeds wel. Tegenwoordig zijn de twee grootste angsten van de mens sociale angsten, namelijk:
- De angst om afgewezen te worden
- De angst om niet goed genoeg te zijn
Consequenties
Deze 3-tal factoren (sociaal wezen, bepalen van je zelfbeeld en de werking van je brein) zorgen dat er veel omgaat in je hoofd: de focus op (mogelijk) gevaar), een gebrek aan objectieve maatstaven en het feit dat we sociale wezens zijnen ons bezig houden met anderen. Kortom, we kunnen niet anders dan onszelf vergelijken met anderen!
Zelftwijfel heeft ook een positieve functie: het houdt je scherp, het zorgt er voor dat je je best doet. Dat je anderen niet voor het hoofd stoot. En daarmee verminder je het risico dat je buiten een groep gaat vallen en ‘dat je niet goed genoeg bent’. Kortom, het zorgt er voor dat je jezelf kunt verbeteren, dat je weet wat jij belangrijk vindt en waar je wel (en niet) aan wilt voldoen.
Ondanks dat zelftwijfel een positieve functie heeft, is het niet altijd nuttig. Zelftwijfel leidt bijvoorbeeld tot perfectionisme, jezelf kleiner maken, uitstelgedrag, zelfkritiek, negatieve gedachtes en conclusies, noem maar op. Kortom, zelftwijfel kan je ook naar beneden halen.
Hoe kom je uit deze negatieve spiraal, wetende dat we een sociaal wezen zijn en dat ons angstbrein nog steeds actief is? Kunnen we er voor zorgen dat die miljoenen jaren oude patronen als wel je angstbrein je niet langer de leiding heeft in je HOOFD-kantoor? Hoe kom je van deze negatieve zelftwijfel af?
Ik geef je 3 concrete tips, die je direct kunt toepassen en waardoor je minder last hebt van de negatieve gedachte: wie zit er nu op mij te wachten?
1.Stop Zelftwijfel: verleg je focus
Wat mij persoonlijk enorm geholpen heeft om los te komen van mijn zelftwijfel en mijn angst voor kritiek en afwijzing, is om mijn focus te verleggen naar mijn missie. Wat bedoel ik hier mee? In plaats van dat ik bezig ben met de ander (en mijn ego mijzelf wil beschermen), focus ik mij op mijn hogere doel. Waarom ik de dingen doe die ik doe.
Concreet: later als ik 85 ben ik terugkijk wil ik zo leven dat ik niet zozeer alle (materiële) resultaten heb gehaald, maar vooral dat ik mijzelf recht in de ogen aan kan kijken. Dat ik mij niet heb laten tegenhouden door wat anderen (zullen) denken. Dat ik mijzelf niet heb laten tegenhouden door de bullshit en negatieve gedachtes in mijn hoofd.
En deze terugblik op mijn leven gun ik anderen ook! Ik gun dat jij je niet langer tegen laat houden door je angsten of ‘wat anderen wel niet zullen denken’. Zodat later –als jij ook 85 bent- trots achterom kunt kijken dat je je niet hebben laten tegenhouden door ‘wat zullen anderen wel niet denken’ of je eigen bullshit.
Focus op je hogere doel
Door mij te focussen op mijn hogere doel kan ik niet anders dan mij iedere keer weer vol te focussen op mijn missie: anderen helpen, inspireren en in beweging zetten.
Bij het schrijven van mijn boek kon ik dan ook niet anders dan toch maar door gaan. Mijn doel was immers anderen helpen, inspireren en in beweging zetten.
Deze focus op je missie overstijgt het angstbrein en doet een beroep op een ander deel van mijn brein: dat deel wat zich niet zo druk maakt over wat er mogelijkerwijs allemaal kan gebeuren.
2. Stop zelftwijfel: Vergelijk jezelf… met jezelf!
De neiging om jezelf te vergelijken zit in je systeem ingebakken, je kunt niet anders. Wat je wél kunt doen is er voor zorgen dat het een eerlijke vergelijking is. Vaak vergelijken we onszelf met anderen die al veel verder zijn, die veel beter zijn.
Toen ik net één jaar ondernemer was, vergeleek ik mijzelf met een ondernemer die al 18 jaar bezig was. En vond ik dat ik dat niet goed had gedaan. Niet het inkomen van die ander, niet zo’n grote e-maillijst als die ander.
Maar zoals je ziet; het is geen eerlijke vergelijking: 1 jaar tegenover 18 jaar ervaring, kennis en kunde. Hoe zorg je dat je dan een eerlijke vergelijking maakt? Jezelf vergelijken met die ander toen die een jaar bezig was? Daar heb je geen informatie over, en 18 jaar eerder was het waarschijnlijk ook een totaal andere wereld.
De enige echte eerlijke vergelijking die mogelijk is, is die met jezelf. Dan vergelijk je appels met appels, of peren met peren, of koffiezetapparaten met koffiezetapparaten, wat jij maar wilt. En dat is wel zo eerlijk.
Vergelijk dus jezelf met jezelf in plaats van met anderen. Hoe je dat doet? Kijk eens waar je nu staat en waar je een aantal maanden of jaren geleden stond. Waar ben je trots op? Welke resultaten heb je bereikt? Welke lessen heb je geleerd?
Als ik dit principe vertaal naar het schrijven van mijn boek en ik vergelijk mijzelf met toen ik net begon met schrijven, dan zie ik dat ik steeds beter ging schrijven. Er kwam meer structuur in en meer concrete voorbeelden. En kreeg ik als feedback van de uitgever bij het meest lastige hoofdstuk: was dit nu een gemakkelijk hoofdstuk om te schrijven of gaat het schrijven je nu gemakkelijker af? Het laatste!
Vergelijk jezelf dus met jezelf en zie wat je allemaal al bereikt hebt!
3. Stop zelftwijfel: Stel jezelf de juiste vragen
Wat je moet weten is dat je brein alleen die informatie wordt opgenomen die past bij ‘de waarheid’. Je brein houdt het liefst tegenstrijdige informatie buiten de deur. Als je bijvoorbeeld Trump een e*kel vindt, dan zul je weinig aandacht besteden aan zaken die hij wél goed heeft gedaan. Als je daarentegen Trump fantastisch vindt, zul je vooral de dingen zien die hij wél voor elkaar gekregen heeft.
En zo werkt het ook bij jou. Als jij aan jezelf twijfelt, gaat je brein op zoek naar bevestiging dat deze stelling klopt en dat je even heel goed op moet letten wat een ander zal vinden. Even uitstellen, en nog een keer over nadenken (perfectionisme), keuzes uitstellen, noem maar op.
Maar als je je brein een andere stelling geeft, zal die ook op zoek gaan naar bevestiging. Het kan zijn dat je even iets langer na moet denken, omdat je brein even diep moet gaan graven, maar het antwoord komt wél!
Toen ik weer eens in een mentale meltdown belandde wat betreft mijn gedachtes tijdens het afronden van mijn boek, stelde ik mijzelf eens een andere keer een andere vraag.
Waarom was dit boek zeker goed genoeg? Na even nadenken kwam ik tot de volgende antwoorden:
- Omdat ik na iedere lezing weer al die blije koppies zag van mensen die ineens concreet wisten hoe ze aan hun waardigheid en/of vaardigheid konden werken.
- Ik put uit wetenschappelijk onderzoek, waardoor het boek een stevige en concrete basis heeft.
- Omdat ik zowel uit eigen ervaring put, als uit de ervaringen van mijn klanten.
- Ik input heb gevraagd van lezers toen ik nog aan het schrijven was.
- Omdat mijn proeflezers al razend enthousiast waren bij de allereerste versie.
- Omdat het een heel praktisch boek is.
- Ik werk met professionele partijen samen.
- Omdat…
Zie je dat ik ineens andere antwoorden kreeg? Niet langer was mijn angstbrein aan het woord, maar mijn logisch redeneren-brein.
Resultaat
Ik ben nog steeds blij dat ik mijn focus heb verlegd en mijn boek er toch gekomen is. Ondanks alle zelftwijfel, angsten en beren op de weg is het er toch gekomen! En die feedback… Wow… Zo kreeg ik onlangs weer een fantastische review op Google over mijn boek:
Als ik dan weer zie hoeveel impact het boek heeft, springen de tranen mij wederom in de ogen. Deze keer van dankbaarheid…
Ennuh… Wie ben jij eigenlijk om aan jezelf te twijfelen?
Herkenbaar? Interessant? Laat het mij hieronder weten!
PS. Ben jij klaar met jezelf klein te houden? Denk dan eens aan het 12 wekenprogramma ‘Van zelftwijfel naar Zakelijk Zelfvertrouwen’. Krijg nu tijdelijk GRATIS toegang tot de eerste les van dit 12 wekenprogramma met als onderwerp ‘Wie zit er nu op mij te wachten?’ t.w.v. €124,65!